Oevers van sloten of vijvers kunnen zowel praktisch te onderhouden, aantrekkelijk om naar te kijken, én tegelijkertijd een uitstekende leefomgeving voor dieren zijn. Als zeiser heb ik al veel slootkanten gezien en veel wensen gehoord. Daarnaast heb ik me ook verdiept in ecologisch slootbeheer.

In dit artikel ga ik in op verschillende aspecten van oeverbeheer. Dit helpt je om een weloverwogen keuze te maken voor de inrichting van je eigen oever. De juiste keuze hangt af van verschillende factoren, zoals de functie van het water, je persoonlijke wensen, de helling van de oever en de breedte van het wateroppervlak.

De belangrijkste bronnen die ik heb geraadpleegd staan aan het einde van dit document. Aan dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend.

Soorten natuurlijke oevers

Dit zijn de meest voorkomende soorten waterpartijen, de functies en de manier waarop de natuurlijke oevers er meestal uitzien:

  1. Poldersloten: sloten die waterbeheer als belangrijkste functie hebben. het overtollige water van de grond naar de grotere waterwegen afvoeren. Poldersloten zijn meestal vrij ondiep en breed, met een relatief vlakke bodem. Inheemse water- en oeverplanten bedekken de waterkant. Ze verhogen de biodiversiteit en helpen bij het beheer van de waterkwaliteit.
  2. Schouwsloten: Een schouwsloot is een sloot die regelmatig geïnspecteerd (of “geschouwd”) wordt door het waterschap om te zorgen dat hij zijn waterafvoerende functie goed blijft vervullen. In Almere Oosterwold wordt dit 1 juli en half november gecontroleerd. Het water moet voldoende breed en diep zijn, en vrij van obstructies zoals overhangende begroeiing of opgehoopt slib. Schouwsloten zijn specifiek ontworpen voor inspectie en onderhoud. De oevers zijn vaak beplant met inheemse flora om erosie tegen te gaan.
  3. Vijver: Een vijver is meestal aangelegd voor esthetische doeleinden, recreatie of natuurbeleving. In tegenstelling tot een sloot is een vijver vaak dieper en heeft hij meestal geen directe verbinding met het watersysteem, hoewel er wel een overloop kan zijn voor als de vijver te vol raakt. Het aanleggen van natuurlijke oevers rond een vijver kan de waterkwaliteit verbeteren, de biodiversiteit bevorderen en een visueel aantrekkelijk element toevoegen.
  4. Wadi: en wadi is een verlaging in het landschap die tijdelijk water kan opvangen na een regenbui. Wadi’s worden gebruikt om regenwater op een natuurlijke manier te infiltreren in de bodem, waardoor het grondwater wordt aangevuld en wateroverlast wordt verminderd. Een wadi kan droog staan in droge periodes, maar kan onder water staan na een flinke bui. Deze oevers zijn beplant met inheemse planten die bestand zijn tegen zowel perioden van overstroming als droogte.

Hellingsgraad oever

De meeste schouwsloten (en vaak ook poldersloten) hebben een vrij steile helling. Dit is lastig om planten in te zetten en te onderhouden. Ik zou dan meestal kiezen om het riet en lisdodde te behouden zodat de wortels de kant stevig houden en niet laat verzakken.

Je hebt meer keuze als de helling minder steil is. Dit is makkelijker om te beplanten. Ook dieren kunnen ook makkelijker het land op en het water in. Een optimale hellingsgraad is bij de waterlijn een helling aan te houden van 1 op 5, wat betekent dat voor elke 5 meter in de lengte, de helling 1 meter omhoog gaat. Deze helling kan daarna steiler verlopen: naar boven het maaiveld 1 op 3. Als je alle kanten van de waterpartij in je tuin hebt, dan kosten flauwe oevers veel ruimte. Je kunt er dan ook voor kiezen om een paar kanten steiler te maken.

Persoonlijke wensen rondom de oeverkant

Als je een schouwsloot hebt, heb je de minste vrijheid om zelf te bepalen hoe je de kant inricht aangezien je die minstens een keer per jaar moet schonen. Je mag als grondeigenaar wel de sloot of talud verbreden. Het stuk dat buiten dat de breedte dat gecontroleerd wordt, mag je laten begroeien zoals je dat wenst.

Als het gaat om je persoonlijke wensen zou ik het volgende afwegen:

  1. Wat wil je zien? Wil je weidsheid, geborgenheid of spannende doorkijkjes naar het water? En als je dat niet zou willen, wil je het dan vooral netjes, of natuurlijk?
  2. Wat zie je jezelf doen rondom de oever? Wil je je verdiepen in oeverbeplanting of wil je er eigenlijk niet mee bezig zijn? En is dat een keer per jaar, of iedere week tijdens je maaibeurt?
  3. Houd je van het kwaken van kikkers? Vind je het belangrijk dat er vogels in en rondom je tuin zijn? Hoe belangrijk vind je het dat je libelles en vlinders een plekje geeft? Mocht je het allemaal niet zo belangrijk vinden, dan kun je het misschien fijn vinden te weten dat padden en kikkers slakken eten en dat die kikkers veel baat hebben bij riet om te kunnen schuilen tegen roofdieren.

Waar kun je voor kiezen?

Uiteraard zijn er verschillende tussenvormen mogelijk, maar dit zijn de globale keuzes.

Volledig zicht op het water

Weidsheid en vooral in het begin meer werk

Uitzicht op het gladde wateroppervlak

Onderhoud: In het begin de begroeiing een aantal keer weghalen. Veel materiaal om af te voeren. Daarna komt het riet minder terug en neemt gras het over. In later stadium alleen meenemen in maaien en wieden van gras en een beetje riet.

Ecologische waarde: Ligt eraan wat voor begroeiing je ervoor in de plaats neerzet. Als je alleen (laag) gras houdt wordt de meerwaarde nihil voor de natuur. Zeker als meerdere buren dit ook doen krijg je minder dierenleven rondom het water. Tip: zet diverse inheemse oeverbeplanting neer.

Esthetisch: Als je houdt van een weids uitzicht en het zicht op het glinsterende water is dit een goede optie. Het hele jaar dezelfde begroeiing op de oever.

Riet (gecultiveerd) behouden

In het jaar verschillende uitzichten en kleuren

Het riet dat het voorjaar nog stond werd gebruikt door verschillende vogels. Ook om het nest te bouwen.

Onderhoud: Op de kant alleen maaien buiten de gewenste grenzen. Als de sloot breed en diep genoeg is hoef je misschien helemaal niet te maaien, maar meestal adviseer ik bij vijvers, wadi’s en poldersloten om in het najaar de helft tot max 2/3e weg te halen. De begroeiing komt het jaar daarop al snel weer terug. Sowieso de begroeiing bij duikers en buizen weghalen.

Ecologische waarde: Je helpt de (riet)vogels, amfibiëen en insecten. Doordat je in het vroege voorjaar nog begroeiing hebt staan, krijg je 5x zoveel dieren aan je oever en in je sloot.

Esthetisch: Geluid en zicht op wuivend riet. Sigaren van lisdodden. Een gevoel van geborgenheid. Door het jaar heen verschillende kleuren en vormen. Veel leven in en romdom de tuin.

Diversiteit van begroeiing

Zicht op het water en optimaal voor de ecologie.

In onze eigen tuin heb ik een paar openingen gecreëerd met diverse oeverplanten als gele lis, watermunt en engelwortel

Onderhoud: In het begin de delen heb je meer werk aan de delen waar je de begroeiing weg wilt halen. Je hoeft echter minder af te voeren. Aan het eind van het jaar hoef je ook minder te onderhouden.

Ecologische waarde: Je helpt én de rietvogels en andere dieren én je hebt de mogelijkheid alternatieve begroeiing te plaatsen. Top!

Esthetisch: Goed geplaatste doorkijkjes naar het water kunnen de tuin interessanter maken dan dat je alleen een weids uitzicht hebt.

Waarde van rietbegroeiing

Voor de waterkwaliteit zijn riet en lisdodde uitstekend omdat ze het water flink zuiveren. Ze nemen veel voedingsstoffen op en zorgen daardoor voor schoner water. Gras bijvoorbeeld doet dit niet of nauwelijks.
Tenslotte geven de wortels van riet de talud een stevige structuur en zorgen ze ervoor dat de grond minder snel inzakt.

Zowel in het water als op de taluds wordt deze hoge begroeiing door veel dieren gebruikt om te schuilen en om zich voor te planten. De bekendste rietvogels zijn de rietzanger, de kleine karekiet, blauwborst, bruine kiekendief en rietgors. Deze kleine vogels zijn vaak niet zichtbaar, maar hun geluiden zijn goed te horen.

Ook andere vogels maken gebruik van het riet: ijsvogels, zwanen, eenden, oeverzwaluwen, meerkoeten en waterhoentjes. Niet alleen vogels, maar ook kikkers en padden komen volop voor in rietsloten waar water staat. Tenslotte zijn er een aantal insecten die ook baat hebben bij riet: veel nachtvlinders overnachten daar en overwinteren hierin als pop en libellen leggen eitjes in het riet.
Met name is van belang dat er ook riet over de winter staat. In het riet dat al in het voorjaar staat, broeden 5x zoveel rietvogels als in nieuw riet. De vogels die uit Afrika terugkeren kunnen alleen op die plekken waar het riet nog staat, hun nestjes maken. Op de andere plekken staat er op dat moment nog geen riet dat hoog genoeg is.

Beheer van je slootkant

Riet heeft veel ecologische waarde, maar dat betekent niet dat het goed is om het eindeloos en overal te laten doorgroeien. Water dat meerdere jaren niet geschoond wordt kan verlanden. Dan verliest de talud, sloot of vijver zijn functie om water te kunnen bevatten en door te voeren.

Idealiter maai ik een deel van de begroeiing weg met een zeis en laat ik een derde deel staan. Bij duikers en buizen haal ik de begroeiing weg zodat de kans kleiner wordt dat hier maaisel of voedingsstoffen ophoopt. Bij sloten moet je ervoor zorgen dat er voldoende breedte in het water is die niet begroeid is. Dan behoud je de doorstroming.

Afvoeren

Het is belangrijk het riet “af te voeren”. Uit het water, maar ook van de talud. Wanneer je het afvoert verarm je de grond. Hoe armer de grond hoe meer soorten planten je krijgt. Op rijke taluds komen voornamelijk riet, distels brandnetel en gras voor. Ook bestaat het risico dat als je het maaisel laat liggen het alsnog in het water terecht komt. Dit leidt tot een toename van voedingsstoffen in het water, wat weer meer begroeiing bevordert en uiteindelijk tot verlanding leidt. Bij voorkeur leg ik het op het vlakke gedeelte van de kant en wacht twee weken met afvoeren. De beestjes die nog in het maaisel zitten kunnen dan nog goed weg. Over beestjes gesproken: een zeis zorgt dat veel meer beestjes kunnen overleven dan een bosmaaier en een klepelmachine is al helemaal funest voor kikkers en insecten die tussen het maaisel kunnen zitten.

Ik gebruik de term ‘afvoeren’ bewust met aanhalingstekens. Het is namelijk best een grote klus, en het is jammer, omdat je die voedingsstoffen goed in je tuin kunt benutten. Het maaisel is verhakseld prima mulchmateriaal bij boompjes en struikjes. In riet zit silicium, waar houtigere beplanting sterker van wordt. Het schijnt iets minder te werken bij zachtere beplanting als aardbeien. Het verhakselen is best arbeidsintensief. Ik gebruik zelf vele kuubs ongehakseld materiaal om mijn paden van te maken. Zeker als je er een aantal keren op gelopen hebt, breekt het en krijg je prima paadjes. Met karton eronder, heb je er een seizoen geen werk meer aan.

Riet gebruiken als pad

Riet als pad

Ik hoef nooit iets af te voeren. Sterker nog: ik kan ook maaisel van buren gebruiken. Goed voor de bodem en een heerlijk verend pad.

Wanneer maaien?

Zowel in het water als op de talud is het goed om na 15 juli te maaien. Na 15 juli zijn de meeste eieren uitgebroed, en poppen uitgekomen. Wees bewust dat bijvoorbeeld bij een nestje van de kleine karekiet het pas in september veilig is om te maaien. Maai het talud ook niet te diep. Dan blijft het deel van de vegetatie en de dieren die hier leven, behouden. Maai niet meer als het water onder de 10 graden is. Dan overwinteren bijvoorbeeld kikkers onder in de modder.

Maaien met de zeis in Almere Oosterwold door de Riet- en ruigtekapper

Conclusie en samenvatting

Bij het beheer van sloten en vijvers (oeverbeheer) moet je rekening houden met diverse factoren zoals de functie van het water, persoonlijke voorkeuren en de hellingsgraad van de oever. Er zijn verschillende soorten natuurlijke oevers zoals poldersloten, schouwsloten, vijvers en wadi’s die allemaal verschillende functies en ecologische voordelen bieden.

Persoonlijke wensen en voorkeuren spelen ook een rol in het beheer van oevers. Dit omvat zowel visuele als praktische overwegingen, evenals de tijd en energie die iemand bereid is te besteden aan onderhoud.
Onderhoud van de oevers is essentieel om de gezondheid van het ecosysteem te behouden en te voorkomen dat het water verlandt. Dit omvat het regelmatig verwijderen en afvoeren van riet, en ervoor zorgen dat eventuele obstakels zoals overhangende begroeiing of opgehoopt slib worden verwijderd.

Een belangrijke overweging in oeverbeheer is het behoud van riet en lisdodde, dat een belangrijke ecologische waarde heeft. Riet biedt onderdak en broedplaatsen voor vogels, amfibieën en insecten. Het helpt ook de waterkwaliteit te verbeteren door voedingsstoffen op te nemen en geeft de oevers een stevige structuur. Daarom is het belangrijk om een deel van het riet te behouden, hoewel sommige riet misschien moet worden verwijderd om de doorstroming van het water te waarborgen of om diversiteit in de begroeiing te creëren.

Oeverbeplanting

In een volgend artikel geef ik suggesties van planten die goed op de klei groeien en mij eigen ervaring. Vorig jaar heb ik voor klanten een excursie georganiseerd waarin we zaden van oeverplanten hebben verzameld. Meer informatie over de zaden die we toen hebben verzameld.

Heb je vragen of feedback?

Als je wat kwijt wilt over dit artikel, dan kun je me een mailtje sturen en kom ik erop terug.

Riet- en ruigtekapper begroeting